Ga naar main content
bosuil-vliegend.jpg

Bosuil

Deze robuuste pluizenbol met z’n grote, zwarte ogen is de meest voorkomende nachtroofvogel in België. Zijn langgerekte, spookachtige roep die ‘s nachts in het bos weerklinkt, doet heel wat mensen huiveren. Het geluid van de bosuil wordt dan ook in heel wat griezelfilms opgevoerd om een ongemakkelijk gevoel over te brengen. 

bosuil-soortenfiche.png

Herken de bosuil

(Strix aluco)

Je krijgt de bosuil niet makkelijk te zien, omdat hij een echte nachtrover is. Maar de roep van het mannetje bezorgt je sowieso kippenvel - natuurkenner of niet. Een hoge, langgerekte ‘oeh’ gevolgd door enkele korte oehoehoehoehoe’s. Spot je toch ergens een uil? Zo weet je dat je met een bosuil te maken hebt: 

  • 37 - 39 cm lang met een spanwijdte van 94 tot 104 cm
  • komt voor in twee kleurtinten: roodbruin of grijsbruin met vlekken
  • crèmekleurige tot beige buik met donkere strepen 
  • rond hoofd met grote, zwarte ogen
  • geen oorpluimen
  • duidelijke ‘gezichtsschijf’, dat is het achtvormige contour omheen de ogen. Tussen de ogen, vlak boven de bek, wordt de schijf in tweeën verdeeld door een lichter gekleurde ‘X’.
  • de wijfjes zijn iets groter dan de mannetjes 

Op het menu

De bosuil is geen moeilijke eter en past zijn menu aan aan het seizoen. Hij is dol op grote insecten en op kleine knaagdieren zoals woelmuizen en bosmuizen, maar lust evengoed vissen, amfibieën, weekdieren en zelfs kleine vogels. Vanuit een hoge uitkijkpost lokaliseert hij zijn prooien puur op het gehoor. Zijn oren zijn dan ook hypergevoelig en horen 10 keer beter dan die van ons. Zodra de bosuil weet waar hij zijn toekomstige maaltijd kan vinden, vliegt hij geruisloos naar beneden en voert hij al vliegend een verrassingsaanval uit. De prooi wordt volledig doorgeslikt en achteraf braakt hij de onverteerbare stukken (veren, beenderen) weer uit. 

Om concurrentie te voorkomen, eten beide geslachten niet precies hetzelfde. Terwijl de mannetjes zich meestal specialiseren in bepaalde types prooien, zijn de vrouwtjes minder kieskeurig. Vangsten die hij niet meteen verorbert, stockeert de bosuil in een hol waarnaar hij later terugkeert.

vilda-bosuil.jpg

Leefgebied van de bosuil

Deze meedogenloze roofvogel kiest meestal een eikenboom uit als woning. Die staat liefst in een oud loofbos met veel dode bomen. Als de boom dan ook nog eens bedekt is met klimop, vormt hij een extra aantrekkelijke schuilplaats. De bosuil verdedigt zijn territorium met verve. Hij aarzelt niet om eender wie zijn nest nadert aan te vallen, nadat hij sissende en klikkend met zijn snavel een waarschuwing uitstuurde. Zijn ogen zijn erg lichtgevoelig, waardoor hij de dag al slapend doorbrengt. Net zoals andere uilen, kan de bosuil zijn hoofd 270° ronddraaien in beide richtingen. Weet dus dat deze beauty zich niet laat verrassen en denk eraan dat het vrouwtje haar nest met klauw en snavel verdedigt!  

Bosuilenliefde

In tegenstelling tot vele andere dieren, zijn bosuilen de ganse winter door erg actief. Het mannetje laat zingend weten dat zijn bruid-voor-het-leven reeds bezet is probeert verleiders zo op andere gedachten te brengen. Het is dan ook in de winter dat het koppel zich reeds een territorium toeëigent. In het vroege voorjaar gaat het wijfje op zoek naar een geschikte nestholte, bijvoorbeeld een holle boom, een oud gebouw, een rotsspleet of een kunstnest. De bosuil heeft lak aan gezelligheid: in plaats van nestmateriaal aan te brengen, komen de twee tot vijf eieren in een bedje van braakballen of houtmolm terecht. 

De uilskuikens worden geboren tussen februari en mei. Ze komen uit het ei met een grijze donsjas en de eerste twee weken worden ze permanent onder moeders vleugels gehouden. Zolang de uiltjes in het nest verblijven, worden ze gevoederd door hun vader. Na 4 of 5 weken verlaten ze voor het eerst hun nest. Op dat moment kunnen ze echter nog niet vliegen: als rasechte ‘takkelingen’ zitten ze op een tak in de buurt van het nest. Ze huppen heen en weer en als ze op de grond terechtkomen, proberen ze klimmend en springend weer naar boven te klauteren. Na nog eens drie weken ruilen ze hun donsveren in voor echte pluimen en komt de piloot in hen naar boven. Hoewel ze nu vliegvlug zijn, gaan ze nog steeds niet hun eigen weg. Pas op een leeftijd van 2,5 à 3 maanden verlaten ze hun ouders. Veel uilskuikens halen de eerstvolgende lente niet, omdat ze ten prooi vallen aan andere roofdieren of omdat ze simpelweg kwalijk ten val komen. Soms krijgt het bosuilkoppel nog een tweede legsel in hetzelfde jaar. 

Relatie van de bosuil met de mens

Net zoals andere uilen, werd de bosuil met zijn huiveringwekkende roep lange tijd gezien als voorbode van het kwaad. Gelukkig wordt de prachtige roofvogel tegenwoordig beschermd. De bosuil komt weinig in aanraking met mensen omdat hij rustige plekken verkiest boven de drukte in steden, hoewel hij af en toe ook in tuinen opduikt. Hoewel de bosuil van nature erg schuw is, durft hij mensen aanvallen wanneer ze zich té dicht bij zijn nest begeven. 

Wist je dat de bosuil …

  • de meest voorkomende nachtroofvogel is in Europa? 
  • er veel groter uitziet dan hij in werkelijkheid is? Onder zijn weelderige pluimendos zit slecht een halve kilogram vogel.
  • erg grote prooien durft vangen, zoals duiven en eekhoorns
  • een echte camouflagekampioen is? 
  • twee tenen naar voren en twee naar achteren heeft? 
  • erg slecht ziet van dichtbij? Gelukkig heeft hij extra goeie oren! 
  • met die oren prooien kan lokaliseren? Dat die niet op dezelfde hoogte staan, is daarbij een grote hulp. Zo komt het geluid iets later aan in het ene oor, waardoor hij perfect de exacte afstand kan inschatten.