Ga naar main content
vilda-107807-besneeuwde-zwarte-els-lars-soerink-800-px-52352.jpg

Wat zijn de gevolgen van de plotse temperatuurveranderingen op onze natuur?

11 mei. Op zich geen speciale dag, maar in de wereld van de weerkunde wel. 11 mei is immers de start van een jaarlijks terugkerende vierdaagse: de IJsheiligen. Deze periode staat symbool voor de laatst mogelijke vorstdagen in het voorjaar. In realiteit is het natuurlijk niet zo gemakkelijk om precies te bepalen wanneer de laatste schadelijke nachtvorst zal voorvallen. Zoiets verschilt van jaar tot jaar. Ook deze lente heeft de vrieskou ons meerdere malen doen bibberen, en dat zelfs direct na erg zomerse temperaturen. Maar welke gevolgen hebben deze plotse temperatuurveranderingen op planten en dieren die net uit hun rustperiode komen?

Het klimaat heeft deze lente zijn kuren hier in België. De ene dag worden we overspoeld met aangenaam, warm zonlicht, en de volgende dag verliezen we 15 graden en is het weer tijd voor een dikke wintertrui! Als zo’n grillig weer al storend kan zijn voor ons, mensen, wat voor een effect heeft dat dan op onze natuur?

Waarom zijn seizoenen belangrijk?

In de winter houden verschillende kleine dieren een winterslaap. Door hun vitale functies te vertragen (of zelfs stop te zetten), kunnen ze de koude temperaturen doorstaan en voorkomen ze dat ze onnodige energie verspillen aan het zoeken naar voedsel, dat immers veel schaarser is wanneer het kwik daalt. Reptielen en amfibieën daarentegen worden gedwongen om een winterslaap te houden omdat ze door hun koude bloed niet in staat zijn om hun lichaamstemperatuur te reguleren. Er zijn ook dieren die deze periode klaarwakker blijven, maar dan is een verandering van hun gewoonten onvermijdelijk: sommige vogels vluchten naar warmere contreien, en zoogdieren passen hun vacht aan aan het seizoen. De hermelijn bijvoorbeeld heeft een witte kleur waardoor hij zich niet alleen kan camoufleren in de sneeuw, maar waardoor hij ook een isolerende functie heeft. Dit dier is dus voorbereid op koudere temperaturen.

Murin à moustaches en hibernation

Ook planten dienen zich voor te bereiden op het winterse weer. Bomen laten hun bladeren vallen om te vermijden dat ze een buitensporige hoeveelheid water moeten wegpompen. Zo wordt voorkomen dat andere planten bevriezen en dat het water dat ze nodig hebben om te overleven, verdampt.

Eens de lente aanbreekt, hervatten de levende wezens hun normale gang van zaken: ze beginnen weer te eten en bereiden zich voor op de voortplanting, die voor de meeste organismen (op enkele uitzonderingen na) in de lente of zomer plaatsvindt. Verder vullen ze hun reserves aan en focussen ze zich op de instandhouding van hun soort.

Een ontwrichte levenscyclus

Het probleem is dat de meeste dieren, zoals de hazelmuis, de eikelmuis en de Bechsteins vleermuis in maart ongeveer uit hun winterslaap ontwaken. Dan zijn ze uiteraard verzwakt door maandenlang niet te eten en te teren op hun reserves. Die dieren moeten dan snel middelen – eten – vinden om die reserves terug op te bouwen. Wanneer ze uit hun winterslaap komen, zijn de meeste dieren veel afgevallen en erg zwak. Daardoor zijn ze zeker niet sterk genoeg om opnieuw een winterslaap te houden bij erg lage temperaturen in de lente. Sneeuw betekent ook weinig toegang tot land. Insecten zijn de voornaamste voedselbronnen voor vogels en vleermuizen, maar een laag sneeuw verhindert hen de grond af te zoeken naar hun prooien. Prooien die op hun beurt kunnen doodvriezen als ze niet in ‘slaapstand’ gaan of een schuilplaats vinden.

Coccinelles en diapause sous la neige

Amfibieën en reptielen zijn ook te zwak om weer te slapen. Het risico van een tweede winterslaap is immers ook dat ze helemaal niet meer wakker worden. Hagedissen bijvoorbeeld zijn in gematigde streken zoals de onze sterk afhankelijk van de omgevingstemperatuur om zich voort te planten en om eten te vinden. Wanneer het weer dan te snel omslaat, kan dit leiden tot een veel lagere reproductiesnelheid.

Planten daarentegen staan volop in bloei. Wanneer het weer koud wordt, bestaat de kans dat het water in de meer vlezige delen van de planten bevriest. Zo wordt de levenscyclus van de planten compleet verstoord en wordt de kans zeer klein  dat er vruchten verschijnen aan de plant nadat de bloemen zijn uitgebloeid.

En in de toekomst?

Hoewel deze temperatuurverschillen erg verrassend kunnen lijken, zijn ze eigenlijk niet zo uitzonderlijk en zeker niet in onze contreien. België ligt namelijk op de kruising tussen warme, zuidelijke winden en koude noordelijke stromen. Het is dan ook niet ongebruikelijk dat één van deze stromen in het voorjaar de bovenhand neemt, wat uiteindelijk resulteert in onstabiel weer.

Maar ook de opwarming van de aarde speelt hier een belangrijke rol: er worden snelle en abrupte temperatuurveranderingen veroorzaakt die zich waarschijnlijk steeds vaker zullen voordoen. Het mildere weer als gevolg van de opwarming van de aarde zorgt er verder voor dat organismen vroeger uit hun winterslaap ontwaken, en dat terwijl het risico op sneeuw nog niet geweken is. Maar wat heeft sneeuw eigenlijk te maken met de opwarming van de aarde? Wel, door de stijging van het kwik, verdampt het water en wordt de lucht steeds vochtiger, wat tot neerslag kan leiden.  Als de temperaturen daarna koel genoeg zijn, kan deze neerslag in sneeuw veranderen. Nog een zichtbaar gevolg van klimaatverandering op onze planeet!

Meer over


Gerelateerde artikels