Ga naar main content
wolf-met-raven.jpeg

Eendracht maakt macht!

Waar individuen samenwerken, ontstaan er soms echte mirakels. Sommige soorten zouden zelfs de grootste moeite hebben om te overleven zonder de hulp van anderen … of er in ieder geval niet in slagen om ver te komen in het leven. Wij zochten en vonden enkele voorbeelden van dieren en planten wier bondgenootschap synoniem staat voor hun succes!

Zoals een Afrikaans spreekwoord zegt: “Als je snel wil gaan, ga dan alleen. Maar als je ver wil komen, ga dan samen.” En dit concept heeft onze natuur zich perfect eigen gemaakt! In dit artikel maak je kennis met enkele soorten die samenwerken om hun leven gemakkelijker te maken.

Wolven en raven

Dit eerste samenwerkingsverband lijkt misschien verrassend, maar toch werkt het! Sinds de terugkeer van de wolven in ons land komen ook de raven terug. Nadat ze in de jaren 1970 opnieuw geïntroduceerd werden in Wallonië en hun plekje vonden in de Ardennen en de Famenne, bleven raven nog best zeldzaam aan de andere kant van de taalgrens. Tot de familie van Noëlla, August en hun wolvenwelpjes ten tonele verschenen. Sindsdien kunnen we met zekerheid zeggen dat een koppel raven zich in Limburg heeft gevestigd en meerdere nakomelingen op de wereld heeft gezet, die onlangs zijn geringd. 

Het is duidelijk dat de aanwezigheid van ons superroofdier deze vogels aantrekt. En terecht: de prooien die door de wolven zijn achtergelaten, vormen een rijkelijk buffet voor de raven, die bekend staan als opportunistische aaseters. De raven kunnen op die manier profiteren van makkelijk te vinden eiwitten, wat lange tijd niet het geval was omdat er in onze streken geen roofdieren leefden die grotere prooien, zoals everzwijnen en herten, konden aanvallen. Sterker nog: raven kunnen wolven zelfs helpen bij het vinden van hun avondeten, zoals te zien is in de Franse documentaire L’odyssée du loup (2019). Dit teamwerk kan je ook vaak observeren in Yellowstone National Park, waar de raven het liefst in de nabijheid van hun hondachtige vrienden eten, omdat die de versheid van het karkas garanderen. In België zijn we nog maar één stapje verwijderd om dit soort taferelen opnieuw te zien …

Dendroctonen en mijten

Dendroctonen zijn een soort schorskevers met een voorliefde voor hout. Het werk van deze vandalen is ronduit catastrofaal voor hun favoriete bomen – dennen en sparren – waarmee ze min of meer gelijktijdig in ons land arriveerden. Een insect dat niet zo gemakkelijk vrienden maakt, zou je denken … tenzij je een mijt bent. Zij hebben er alle belang bij om met deze kevers om te gaan, omdat ze voor gratis vervoer en lunch zorgen. Wanneer ze zich voortbewegen, fungeren deze kevers effectief als ‘taxi’s’ voor de mijten.

Parasitaire profiteurs? Helemaal niet! Het grote voordeel van de mijten is hun gulzigheid: ze verslinden alles wat er op hun pad passeert. Om hun chauffeur te ‘betalen’, eten ze onderweg de eitjes van andere soorten op, wat het risico op concurrentie tussen de dendroctonen en andere soorten aanzienlijk doet afnemen. ​

Mieren en bladluizen

Mieren en bladluizen hebben een bijzondere relatie, ietwat vergelijkbaar met de band tussen de mens en zijn huisdieren – of beter gezegd: tussen een boer en zijn koe. Mieren gebruiken bladluizen namelijk om een deel van hun voedsel te produceren. Mieren zijn echte zoetekauwen, maar in onze natuur is suiker niet altijd even makkelijk te vinden. Om toegang te krijgen tot deze heerlijke nectar van de (insecten)goden ‘kweken’ de mieren kuddes bladluizen. Waarom? Simpel, omdat deze kleine beestjes de overtollige suiker uit hun plantaardig menu afstoten in de vorm van honingdauw, de favoriete lekkernij van de mieren. O wee wie de bladluizen durft aan te vallen! De mieren zijn bijzonder waakzaam, zoals je in deze video kan zien.

Korstmossen

Tijdens een wandeling in het bos heb je deze ietwat droge mossen vast weleens aan bomen of rotsen zien vastplakken. Korstmossen zijn het symbool bij uitstek van symbiose: een schimmel (mycobiont) en een plant (photobiont) komen samen om een nieuw organisme te creëren. Kort gezegd, zonder de samenwerking van beide soorten zouden korstmossen simpelweg niet bestaan! Dankzij fotosynthese produceert het plantendeel de energie die nodig is voor het overleven van het korstmos, terwijl de schimmel de plant beschermt, hem helpt om vocht vast te houden en hem toelaat zich aan hem te hechten voor de nodige ondersteuning. Samen creëren deze organismen een relatie waar ze beide baat bij hebben – in ieder geval voor zo lang die relatie duurt.

Bestuivers en bloemen

Afgezien van sommige planten die tot zelfbestuiving in staat zijn, zijn veel plantensoorten sterk afhankelijk van hommels en bijen om hun opvolging te verzekeren. Bestuivende insecten garanderen hermafrodiete soorten een zekere genetische diversiteit door te voorkomen dat ze steeds hetzelfde genetische materiaal hergebruiken – en het risico lopen een defect gen of een verhoogde vatbaarheid voor bepaalde ziekten te ontwikkelen. Maar bovenal helpen ze planten die zich niet zelfstandig kunnen voortplanten door hun stuifmeel te verspreiden. Natuurlijk verdient al dat harde werk een correcte verloning: met de nectar die de bloemen en planten afscheiden, kunnen de hommels en bijen zich voeden. Goed gedaan van de natuur!

Bestuiver op een bloem

Herbivoren en bacteriën

Dit laatste voorbeeld is een bijzondere relatie … maar toch het perfecte voorbeeld van wat biologen ‘verplicht mutualisme’ noemen. Kort samengevat gaat het om twee organismen waarvan het voortbestaan door de ander wordt verzekerd, wat exact het geval is bij plantenetende herkauwers en bacteriën die in hun lichaam en vooral in de pensmaag aanwezig zijn. Door zich te voeden met planten, nemen herbivoren voornamelijk cellulose op, een suiker die bijzonder moeilijk verteerbaar is en waarvan de afbraak enkel mogelijk is dankzij zeer specifieke bacteriën. Goed beschermd in het lichaam van de herkauwers zetten die bacteriën de cellulose om in voedingsstoffen, die hun gastheren en -vrouwen zonder problemen kunnen opnemen.

Meer over


Gerelateerde artikels