Ga naar main content
pitrus-header.png

De natuur in: pitruspijlen schieten

Als kind was ik vaak buiten te vinden en deed ik wat buitenkinderen horen te doen: bramen plukken, salamanders bestuderen en lieveheersbeestjes voederen met bladluizen. Nooit eerder hoorde ik van ‘pitrusschieten’, een spel dat Joeri Cortens beschrijft in zijn boek ‘De natuur in’. Dus haalde ik het kind in mij naar boven en ging ik een namiddagje ‘pitruspijlen’ schieten!

Pitrus

Volgens het boek vind je pitrus, een dikstengelig schijngras, op natte bodems waar de bodem verstoord werd of aan de oevers van poelen en grachten. Ik had geluk: op een naburige schrale weide staat het vol met dichte pitrusbulten. Een schaar is niet nodig: de stengels laten makkelijk los als je ze voorzichtig recht omhoog trekt. In de stengel zit een witte kern, het merg dat vroeger gebruikt werd als wiek (of ‘pit’) voor olielampen.

Pijlen maken

Ik kies voor de langste stengels, die tot aan mijn kin reiken. Groot ben ik niet, maar ik schat dat de plant toch makkelijk 140 cm haalt. De onderkant van de stengel splijt je met behulp van je vingernagel 10 tot 20 cm uit elkaar. Meestal blijft er een ‘stevige’ kant (mét merg) en een een ‘minder stevige’ kant (zonder merg) over, maar dat is net de bedoeling. 

pitrusschieten-vier-maal.png

En schieten maar!

Hou nu je linkerhand (als je rechts bent) op schouderhoogte met de palm naar je lichaam toe. Leg de bovenkant van de stengel op je schouder en de onderkant bovenop je hand. Neem het dunne stukje stengel losjes tussen duim en wijsvinger van de linkerhand en trek het met je rechterhand in één ruk naar beneden. De pitruspijl splijt nu over de gehele lengte verder en het stevige deel wordt weggekatapulteerd als een een pijl!  

Meer over


Gerelateerde artikels