Grauwe gans
Doe je ogen eens dicht en stel je voor hoe een doorsnee gans eruitziet. Grijs verenkleed? Krachtige oranje snavel? Sterke poten die zowel op het land als in het water uit de voeten kunnen? Ja hoor: onze inheemse grauwe gans voldoet over de ganse lijn aan het stereotiepe beeld dat wij van ganzen hebben. Ze is trouwens de grootste van al onze wilde ganzen én de oermoeder van de bekende, witte boerengans.
Herken de grauwe gans
(Anser anser)
De grauwe gans is niet de enige gans die onze zoete wateren frequenteert. Zo kan je haar herkennen:
- grijs verenkleed met beige ondertonen
- hoofd, hals en borst zijn lichter grijs gekleurd
- wit achterwerk
- 70 tot 90 cm van kop tot staart
- spanwijdte van 1,5 tot 1,8 meter
- oranjeroze snavel poten, een belangrijk onderscheid met andere ganzensoorten
- jonge grauwe ganzen hebben grijze poten
- ganzenkuikens zijn olijfkleurig met een grijze rug
Op het menu
Grauwe ganzen zijn strikte vegetariërs. Ze eten land- en waterplanten zoals grassen, scheuten, zaden, wortels en knollen die ze vinden tijdens het woelen in de grond of in de bodem van waterpartijen. Vaak zie je grote kolonies grauwe ganzen landen in weilanden, op zoek naar voedsel. ‘s Winters doorploegen ze akkers op zoek naar achtergebleven graan of maïs.
Leefgebied van de grauwe gans
Zoals veel watervogels houden grauwe ganzen van open gebieden waar water aanwezig is: moerassen, uiterwaarden, meren, polders … ‘s Winters troepen ze samen in groepen van honderden tot zelfs duizenden individuen. Bij voorkeur is de kust niet te veraf. Deze grote watervogel zie je dan ook veel vaker in Vlaanderen dan in Wallonië.
Tijdens de trek vliegen ganzentroepen in V-formatie, een luchtspektakel dat je vast al eens aan je voorbij zag glijden. Hun doortocht gaat gepaard met een luid gesnater (‘ong ong ong ong’), dat je blik als een magneet de lucht in trekt. Veel grauwe ganzen verblijven tegenwoordig het ganse jaar door in ons land, maar ‘s winters verwelkomen we ook ganzen uit Noord-Europa.
Grauwe ganzenliefde
Hoewel deze gans een groot deel van het jaar deel uitmaakt van gigantische groepen, vallen die tijdens het broedseizoen uit elkaar in kleinere kolonies. Trouwens, eens een gans haar soulmate gevonden heeft, blijft het koppel elkaar hondstrouw tot de dood hen scheidt … of zelfs langer, want sommige ganzen rouwen zo lang tot ze er zelf het loodje bij leggen.
De balts én de paring zijn een natte aangelegenheid – ze vinden plaats op het water. Hun nest bouwen ganzen dan weer dicht tegen de grond, goed verborgen in de dichte (oever-)vegetatie, met behulp van rietstengels en twijgen die worden afgeboord met een zacht, donzen kussentje. Al die tijd bewaakt vader de gans de omgeving van het nest. Het vrouwtje legt vier tot zes eieren, in uitzonderlijke gevallen zelfs negen. Het broeden neemt gemiddeld vier weken in beslag.
De kuikens zijn nestvlieders, ze verlaten het nest van zodra ze zich kunnen voortbewegen, meestal zo’n 48 uur na het uitkomen. Maar hoe zelfstandig ze al zijn op jonge leeftijd, hoe afhankelijk ze blijven van hotel mama en papa. De jongen hangen ongeveer een jaar lang rond in de buurt van hun ouders, tot die een nieuw nest verwelkomen. Pas op een leeftijd van drie jaar laaien hun hormonen op en beginnen ze zelf aan een nageslacht te denken.
Relatie van de grauwe gans met de mens
Nu zie je ze overal, maar in de negentiende eeuw was de grauwe gans volledig uit ons land verdwenen. Een herintroductie vond plaats in het Zwin in 1956. De populatie is sindsdien sterk toegenomen en de meeste broedparen zijn nu nog steeds verre afstammelingen van die uitgezette ganzen.
Op dit moment is de grauwe gans niet meer bedreigd, maar daar kan snel verandering in komen als we geen zorg dragen voor onze wetlands. Hoe meer de verstedelijking doorgaat en hoe droger de natuur, hoe moeilijker onze grauwe gans het zal krijgen. Bovendien kunnen gevallen van bodemverontreiniging ernstige gevolgen hebben voor lokale populaties van deze planteneters.
Wist je dat de grauwe gans ...
- de voorouder is van onze boerenganzen? De domesticatie van de wilde soort vond waarschijnlijk plaats in het oude Egypte, enkele duizenden jaren geleden.
- twee ondersoorten kent? ‘Onze’ gans in West- en Midden-Europa is de ‘Anser anser anser’, haar Aziatische neef (die tot in Rusland en Turkije voorkomt) luistert naar de wetenschappelijke naam ‘Anser anser rubrirostris’.
- een geliefd studieobject was van de bekende etholoog Konrad Lorenz? Hij beschreef als pionier het leerproces ‘inprenting’ toen hij ontdekte dat jonge ganzen het eerste bewegende wezen dat ze zien beschouwen als hun moeder. Hij nam trouwens regelmatig zelf die moederrol op zich tijdens zijn experimenten.