Vierde slangensoort vervoegt Belgisch slangentrio: Chinese prachtslang
Drie inheemse slangen telt ons land: de gevlekte ringslang, de gladde slang en de adder. De laatste jaren wordt echter steeds duidelijker dat ook een vierde soort onze koude temperaturen kan trotseren: de Chinese prachtslang heeft zich met succes gevestigd in de buurt van Hasselt. Hoe is het zover kunnen komen en wat betekent deze exoot voor onze natuur?
Hoofdingsfoto: Peter Engelen
Taiwanese rattenslangen ontsnappen nabij spoorweg
Het verhaal van de nieuwe Limburgse slangenpopulatie start zo’n 15 jaar geleden in de buurt van een Hasselts rangeerstation. Daar ontsnapten enkele Taiwanese rattenslangen, vermoedelijk uit een lokale dierenwinkel. Er was geen reden tot paniek: het dier is ongevaarlijk voor mensen en zou het waarschijnlijk niet lang uithouden in ons kwakkelklimaat - zelfs mét broeikaseffect.
Maar dat was buiten het microklimaat van onze Belgische spoorwegen gerekend. Net zoals de muurhagedis profiteert de slang van de hoge temperatuur in de buurt van spoorbeddingen. Niet alleen houdt de stenige ondergrond de zonnewarmte langer vast, de slangen trekken zich graag terug in kabelgoten waarin elektriciteitskabels het nog een tikkeltje warmer maken.
Dat we nu nog steeds exemplaren van de exotische slang terugvinden in dezelfde buurt, wil zeggen dat de Taiwanese rattenslang niet alleen kan overleven in ons land maar zich ook succesvol voortplant. Hun levensverwachting is slechts 10 jaar, dus de eerste generatie is reeds uitgestorven. Bovendien vangt men in de buurt zowel volwassen als juveniele slangen en werden in 2016 zelfs voor het eerst eieren van de slang gevonden.
Upgrade tot Chinese prachtslang
Eindelijk was er hard bewijs dat de soort zich hier kon voortplanten, dus werd het reilen en zeilen van het reptiel verder in kaart gebracht. Al snel werd duidelijk dat de Hasseltse rattenslang helemaal geen Taiwanese roots heeft. De soort heet dan wel ‘Taiwanese rattenslang’, haar rugtekening verklapt dat het om een ondersoort uit China gaat: de Elaphe taeniura taeniura - Engelse naam: ‘Chinese beauty snake’.
Hyla, de amfibieën- en reptielenwerkgroep van Natuurpunt, kwam in 2018 met het voorstel om onze nieuwe soort om te dopen tot de Chinese prachtslang. Het dier heeft dan ook een erg mooi voorkomen met magnifieke kleuren: ze heeft het niet voor niets tot graag geziene gast in terraria geschopt!
Chinese prachtslang is exoot, maar is ze ook invasief?
Voorlopig lijkt het er niet op dat de populatie aan Chinese prachtslangen zich snel uitbreidt. Al blijft ze ook niet helemaal ter plaatse trappelen: ook in Heusden-Zolder, Wellen en Munsterbilzen werd de slang gespot.
Het goede nieuws is dat de Chinese prachtslang niet concurreert met onze inheemse slangen, omdat die simpelweg niet voorkomen in die buurt. Of de exotische slang een bedreiging vormt voor onze inheemse fauna, wordt momenteel onderzocht. De slangen worden weggevangen uit de natuur om hun maaginhoud te analyseren. Voorlopig vinden de onderzoekers vooral muizen en ratten terug, die dezelfde kabelgoten frequenteren.
Als de soort niet invasief blijkt, dan kan erover nagedacht worden om de soort (gecontroleerd) te laten gedijen. Als ze wel een gevaar vormt voor onze inheemse dieren, dan is wegvangen de enige optie. Al is dat laatste geen sinecure: het is moeilijk en zelfs ronduit gevaarlijk om langs actieve spoorlijnen op slangenjacht te gaan en alle slangen weg te vangen. In tussentijd neemt men het zekere voor het onzekere en worden de onderzochte slangen niet teruggezet.
Welke slangen leven er nog in België?
Behalve de Chinese prachtslang, leven er nog drie andere soorten in België:
De adder is de enige giftige slang van ons land. Stoot je op een slang, dan kan je in (letterlijk) één oogopslag bepalen of ze giftig is of niet: alleen de adder heeft spleetvormige pupillen. Opgelet: dit trucje werkt enkel bij Belgische slangen! Je hoeft trouwens weinig te vrezen van de adder, want ze mijdt mensen als de pest.
De gevlekte ringslang is een echte waterliefhebber en vredelievend van aard. Zelfs wanneer ze verstoord wordt, zal ze zich zelden verdedigen. Liever houdt ze zich voor dood door zich op de rug te draaien, haar tong uit de bek te laten bungelen en haar pupillen weg te draaien. Een echte steracteur!
De gladde slang is een fellere verschijning: ze deinst er niet voor terug hevig uit te halen naar belagers. Vrees niet: haar tanden voelen nauwelijks aan als speldenprikjes. De allergrootste troef van deze slang is trouwens niet haar felheid, maar haar vermogen om helemaal op te gaan in de omgeving. Om haar te spotten heb je een flinke dosis ‘slangengeluk’ nodig!