Ga naar main content
vilda-77216-kruisspin-yves-adams-1900-px-54229.jpeg
Yves Adams

Spinnen in alle maten en kleuren

Spinnen zijn stil, onopvallend en een tikkeltje mysterieus. Veel mensen zijn als de dood voor achtpotigen. Onbekend is onbemind? Ontdek welke spinnensoorten het meeste voorkomen in België en van welke meer zeldzame spinnensoorten zij gezelschap krijgen.

De meningen over spinnen zijn verdeeld, maar in realiteit zijn het nuttige beestjes. Ze ruimen ongewenste insecten zoals muggen voor ons op. Als mens hoef je echt geen schrik te hebben. Spinnen vallen alleen aan als ze zich bedreigd voelen en bijten doen ze zelden. 

Huisspinnen

Een spin in je kamer? Huisspinnen komen vaak voor, maar zijn volkomen ongevaarlijk. Zet een stapje dichterbij en de kans is groot dat ze van je weglopen. De meest voorkomende huisspinnen zijn de grijze huisspin (Tegenaria domestica), de gewone huisspin (Eratigena atrica) en de grote huisspin (Tegenaria parietina). Ze zijn licht- tot donkerbruin van kleur en meten tussen 6 mm en 20 mm (tot 6 cm inclusief poten voor de allergrootste exemplaren). Huisspinnen leven graag onder de mensen en hebben een voorkeur voor bepaalde kamers in huis. De grijze huisspin zal je vooral tegenkomen in de woonkamer of slaapkamer terwijl de gewone huisspin liever in vochtige ruimtes zoals een badkamer of kelder vertoeft.

De grote trilspin (Pholcus phalangioides)

Zijn naam doet misschien geen belletje rinkelen, maar je hebt deze spin met dunne, onevenredige poten vast al eens gezien. De grote trilspin verschuilt zich graag in donkere hoeken zoals kelders en zolders. Hij houdt ervan urenlang stil te blijven zitten in zijn web om zijn prooi te verrassen. Hij wikkelt zijn prooi in spinnendraad die vervolgens geen kant meer op kan. De grote trilspin valt ook andere spinnen zoals huisspinnen en insecten aan met een zeer doeltreffend gif, dat gelukkig niet gevaarlijk is voor mensen. Wanneer hij zich bedreigd voelt, laat hij zijn web trillen om predatoren te verwarren in de hoop dat ze huiswaarts keren.

De kruisspin (Araneus diadematus)

Deze middelgrote spin herken je uit de duizend: het elegante, witte kruispatroon is kenmerkend voor de kruisspin. Is zijn web kapot? Dan begint deze harde werker meteen aan een splinternieuw web in plaats van het te herstellen. De kruisspin leeft in tuinen waar hij allerlei insecten vangt. Het vrouwtje is groter dan het mannetje: ongeveer 2 cm lang. Hoewel kruisspinnen kunnen bijten, is er geen enkele reden om bang te zijn want hun beet is totaal ongevaarlijk. Insecten die verstrikt raken in zijn web, maken geen schijn van kans. De kruisspin dood zijn prooien meestal meteen, maar gevaarlijke prooien, zoals wespen, zal de kruisspin eerst inwikkelen in spinrag vooraleer hij de dodelijke beet toedient.

De wespspin of tijgerspin (Argiope bruennichi)

Zijn zwart-geel gestreepte achterlijf laat niets tot de verbeelding over. Het uiterlijk van de wespspin, ook wel tijgerspin, doet heel erg denken aan een wesp of hoornaar. Vandaar ook zijn naam. De wespspin is een geduchte jager die dol is op sprinkhanen en libellen. Ook mannelijke spinnen vallen soms ten prooi. Net zoals de bidsprinkhaan is de vrouwelijke wespspin namelijk een kannibaal die haar partner na de paring opeet. In een poging om toch zo snel mogelijk te ontsnappen laat het mannetje zijn voortplantingsorgaan achter in het lichaam van het vrouwtje. Wespspinnen zijn afkomstig uit het Middellandse Zeegebied. Sinds het einde van de 20ste eeuw zijn ze aanwezig in heel Europa.

Springspinnen (Salticidae)

Deze familie van spinnen staat erom bekend hun prooi te bespringen. Ze jagen op het gezicht en kunnen als geen ander beweging waarnemen dankzij hun bewegende ogen. Je kan hun ogen vergelijken met de zoomlens van een camera. Springspinnen kunnen zelfs kleuren onderscheiden (ook ultraviolet). Springspinnen weven geen web. Hun uitstekend gezichtsvermogen en gespierde poten zijn voldoende voor de jacht. Dat doen ze vooral in openlucht, op zonnig muren en palen.

Kogelspinnen (Theridiidae)

Deze wereldwijd verspreide familie van spinnen telt zo’n 58 soorten in België en Nederland. Wereldwijd zijn dat er 2532. Spider-Man fans kennen de grote steatoda (Steatoda grossa) vast wel. Het is zij die Peter Parker zijn speciale krachten geeft. Wij krijgen niet dezelfde superkrachten of andere klachten als deze spin ons bijt want de beet is ongevaarlijk. Dat in grote tegenstelling tot haar nicht: de Zwarte Weduwe (Latrodectus mactans). Een ander familielid, de koffieboonspin (Steatoda bipunctata), werd in 2018 nog verkozen tot Spin van het Jaar in Europa. ​

De gewone kameleonspin (Misumena vatia)

Deze spin behoort tot de familie van de krabspinnen. Opvallend aan deze soort is dat hij van kleur kan veranderen zoals een kameleon. Op die manier camoufleert de kameleonspin zich om nietsvermoedende prooien te vangen. Dat doet hij zonder een web te spinnen, maar wel met een verlammend gif. De gewone kameleonspin is een buitenspin die graag in weiden en bloemrijke borders vertoeft op zoek naar insecten. Zijn prooien zijn vaker groter dan zichzelf. ​

De veldnachtwolfspin (Trochosa ruricola)

Dit type wolfspin is nog een spinnensoort die geen web gebruikt om te jagen. Vrouwelijke veldnachtwolfspinnen zijn opmerkelijke moeders: de dragen hun eieren in een zak die aan haar spindoppen (de aanhangsels waarmee ze spinnenweb weeft). De pasgeboren spinnetjes klimmen op de rug van hun moeder en genieten zo van een gratis taxirit. Net zoals springspinnen rekent de wolfspin op zijn goede zicht tijdens de jacht.

Nachtkaardespinnen (Amaurobiidae)

Deze familie van spinnen bestaat uit 277 soorten en komt wereldwijd voor. Nachtkaardespinnen leven vooral ‘s nachts. Ze gebruiken een speciaal orgaan, het cribellum, om blauwgekleurde webben van wollig gekamde vangdraad te weven. Met een ander orgaan, het calamistrum, een soort van kammetje met korte, stijve haren, kamt de spin de draden tot wollige draden waarin insecten makkelijk verstrengeld raken. Als ze zich proberen los te wrikken, raken ze alleen nog maar meer verwikkeld in het web van de nachtkaardespin. Die hoeft enkel nog te wachten tot zijn prooi compleet uitgeput is om aan zijn feestmaal te beginnen.

De lentevuurspin (Eresus sandaliatus)

Deze kleine en zeer zeldzame spin wordt in ons land als bedreigd beschouwd. Het mannetje is rood van kleur met zwarte vlekken waardoor hij lijkt op een lieveheersbeestje. Zijn opvallende uiterlijk schrikt vijanden af. De vrouwtjes zijn zwart. De lentevuurspin leeft op zanderige, voedselarme grond. Het vrouwtje houdt zich het grootste deel van haar leven schuil ondergronds. Ze kunnen drie à vier jaar oud worden waarna ze hun lichaam offeren aan hun nageslacht. In België komt de lentevuurspin alleen in Lommel voor. Daarbuiten is hij in acht andere Europese landen al gespot.

Meer over


Gerelateerde artikels