Ga naar main content
vilda-67501-koppeltje-jeroen-mentens-800-px-44432-1.jpg

Over rupsensoep en vlinderseks

De rups die kruipend zijn weg doorheen je planten vreet en de sierlijke vlinder die nectar uit je mooie bloemen opzuigt: het lijken twee heel verschillende dieren en toch behoren ze tot dezelfde soort. Rupsen vreten zich vol om zich later te kunnen transformeren tot een volwassen, geslachtsrijpe vlinder. Maar vlak voor het zover is, eet de rups nog even zichzelf op ... 

Paringsritueel

Laten we bij het begin beginnen, bij de bloemetjes en de bijtjes - of beter: de bloemetjes en de vlinders. Want bij vlinders draait alles rond voortplanting, vlinderseks dus. Dat gebeurt met de achterlijfjes tegen elkaar. Maar eerst moeten ze een geschikte partner vinden. Daarvoor doen vlinders beroep op feromonen, soortspecifieke geurstoffen die het andere geslacht aantrekken. 

Meestal gaan de mannetjes op zoek naar een vrouwtje, soms zitten ze al bij de pop te wachten tot de vrouwtjesvlinder tevoorschijn komt. Het mannetje is dan zo ongeduldig dat hij amper kan wachten tot haar vleugels opgedroogd zijn: hij wil meteen actie. Niet alle soorten zijn zo wellustig, sommige gaan pas enkele weken na het uitvlinderen over tot de daad.  

Van ei tot rups

Vanaf dan doet het vrouwtje het grote werk. Ze zoekt een veilige plaats om haar eitjes te deponeren. Omdat de meeste rupsen op een strikt dieet staan, legt ze haar eitjes op een  waardplant. Dat is een plant - voor elke soort anders - waar de kieskeurige rups maar wat graag van smult. 

Wanneer de rups uitkomt, denkt hij dan ook maar aan drie dingen: eten, eten en nog eens eten. Op korte tijd moet hij immens veel energie opnemen om de metamorfose tot vlinder te kunnen waarmaken. Daarbij groeit de rups aan sneltempo: af en toe barst hij uit z’n eigen huid. Bij het vervellen zit reeds een nieuw huid klaar, zodat hij meteen verder kan eten, eten, eten. 

Rupsensoep

Bij de laatste vervelling trekt de rups zich terug in een pop. De rupsen van een mot of nachtvlinder verschuilen zich op de grond, tegen boomstammen of in spleten en spinnen daar een zijdeachtige cocon om zich heen. Vlinderrupsen hebben een andere strategie. Ze hangen zichzelf aan een zijden draadje omhoog aan een takje of blaadje, waarna ze hun laatste huid afwerpen en meteen als pop verder door het leven gaan. 

Wat er in de pop gebeurt, tart alle verbeelding. De rups eet zichzelf als het ware op: ze scheidt verteringsenzymen af die de inhoud van de pop afbreken tot een vormeloze brij ‘rupsensoep’. Hier en daar overleven enkele klompjes cellen het gruwelijke verteringsproces: de imaginale schijven. Die bestaan al van in het eitje: het zijn cellen die later zullen uitgroeien tot de ogen, de tong, de poten en elk ander orgaan van de volwassen vlinder. 

De imaginale schijven kunnen alle energie die opgeslagen zit in de rupsensoep nu gebruiken om snel uit te groeien tot echte vlinderorganen. Bij sommige rupsen worden delen van het zenuwstelsel bewaard tot het volwassen stadium, waardoor de latere vlinders zich zelfs zaken kunnen herinneren uit hun rupsentijd! Als de volledige vlinder weer samengesteld is, kruipt hij uit de pop. Hij is dan extreem kwetsbaar, omdat hij nog niet kan vliegen. Daarvoor moeten de vleugels eerst opgepompt worden: langzaamaan vullen de aders zich met bloedvloeistof.

En daarna?

Die cyclus herhaalt zich telkens weer, van eitje over rups en pop tot vlinder. Hoeveel keer per jaar, dat hangt af van de soort. Sommige soorten doorlopen maar één voortplantingscyclus per jaar, andere hebben jaarlijks twee tot drie generaties. Door de hogere temperaturen zien we tegenwoordig soms zelfs een vierde generatie verschijnen. Als de weersomstandigheden goed blijven tot de cyclus rond is, heb je het jaar daarna uitzonderlijk veel vlinders. Maar als het ineens slecht weer wordt, zijn de gevolgen desastreus. 

Meer over


Gerelateerde artikels